Funnel-val groen/transparant

De FUNNEL-VAL wordt gebruikt in combinatie met een lokstofdispenser. Deze scheiden sexuele of aggregatieferomonen, of kairomonen af, die de motten aantrekt. Deze vallen door de trechter vormige opening in de vallen en kunnen niet meer ontwijken.

Om een mottensoort te monitoren, moet de feromoon-/lokval kort voor de verwachte vlucht worden opgehangen en moet een nieuwe dispenser worden aangebracht. Vervuiling met vreemde feromonen kan de vangst sterk beïnvloeden. Het is nuttig om gedurende meerdere jaren hetzelfde type vallen met een soortgelijke dispenser van dezelfde leverancier op te hangen, altijd op dezelfde plek. Alleen zo kunnen veranderingen in een mottenpopulatie in de loop der jaren worden waargenomen.

Aantal vallen
Monitoring: 2 - 4 vallen/ha. Per generatie motten moet een nieuwe dispenser worden
gebruikt.

Ophanghoogte
- Fruit: op ooghoogte of 10 cm boven de boomkroon (bijv. aan het hagelnet)
- Wijnbouw: in de druivenzone
- Kleinfruit: ca. 0.5 –1 m boven de grond (afhankelijk van het gewas)
- Groententeelt (open veld): direct boven de groenten.

Vallen voor dezelfde insectensoort moeten een minimale afstand van 50 m van elkaar hebben. De vallen voor verschillende insectensoorten moeten minstens 10 m van elkaar geplaatst worden.

Controle
De vallen moeten 1 tot 2 keer per week worden gecontroleerd. Het aantal gevangen insecten kan dan in een tabel worden ingevoerd om een goed beeld van de vlucht te krijgen.